Ouderenhuisvesting in krimpgebieden: regie ontbreekt
In januari presenteerde de nieuwe Taskforce Wonen en Zorg een werkplan om meer ouderen de komende jaren aan geschikte woonruimte te helpen. Hoe is het gesteld met dit onderwerp in krimpgebieden?
Auteur: Ysbrand Visser
De onrustbarende cijfers circuleren al jaren. In 2040 is de categorie 75-plussers verdubbeld tot een bevolkingsgroep van ongeveer 2,5 miljoen mensen, aldus de Taskforce. Daarbij stijgt de levensverwachting en wonen ouderen langer zelfstandig. Overheidsbeleid om in de regio langer zelfstandig te kunnen blijven wonen, komt echter niet altijd goed uit de verf, aldus het Planbureau voor de Leefomgeving. Om de tekorten voor seniorenhuisvesting op te vangen zijn er gauw duizend nieuwe zorglocaties nodig (CBRE).
In krimpgebieden is in tegenstelling tot de steden geen tekort aan woningen. Als jongeren deze regio’s verlaten, laten ze echter vaak huizen achter die niet direct geschikt zijn voor ouderen. Het aanpassen van de woningen blijkt lastig te zijn en de kosten hoog. Ook het bouwen van de juiste nieuwe woningen blijft in de praktijk vrijwel uit, zo blijkt uit een inventarisatie van Platform31. Corporaties kunnen bijvoorbeeld niet of nauwelijks investeren in nieuwbouw of bouwen liever niet voor specifieke zorgdoelgroepen. Ook ontbreekt het vaak aan geschikte bouwlocaties. Ondertussen wordt in veel gemeenten geen of weinig onderzoek naar de woningvoorraad en -behoeften gedaan. En als er al ontwikkelingen zijn, vergen die een heel lange adem.
Vanuit Drachten is Trees Flapper al langer in verschillende functies en rollen op dit thema actief. Ze beaamt de analyse over het huizenaanbod en voegt toe: “Het kapitaal van ouderen zit vaak in de stenen, zodat zij ook geen aanpassingen kunnen doen. Vaak slaapt men nog boven, daar is ook de badkamer, maar soms zie je dat het toilet juist weer beneden is. Met de Blijverslening en de Verzilverlening kan tegenwoordig echter het kapitaal in de huizen wel worden aangewend voor verduurzaming gecombineerd met woningaanpassingen.”
Geen regie
Iedereen - gemeenten, corporaties en zorginstanties - is vooral met de eigen core business bezig, vindt Flapper. “Er zit geen regie op die thuiswonende ouderen. Dus krijg je particuliere initiatieven, aan de stenen kant en aan de sociale kant.” Hoe groot is dan de slagkracht van dergelijke plannen in een krimpgebied? Slechts een enkele maal best groot, zoals in Delfzijl (Groningen). De Stichting Serviceflat Hoogwatum liet in de gelijknamige flat 111 appartementen renoveren, zodat ouderen daar langer zelfstandig kunnen blijven wonen. Stichtingsvoorzitter Johan van Omme: “Iedereen roept altijd om nieuwbouw en het liefst op toplocaties met veel voorzieningen. In deze tijden van schaarste en haast zijn dat hoge eisen. Kijk liever naar de bestaande voorraad. Juist door onze schaalgrootte kunnen wij zelf voor allerlei voorzieningen zorgen.”
Ook in het Drentse Gieten wordt het probleem op een grotere schaal aangepakt. Onder het motto ‘grijs + groen = goud’ wordt hier een verbinding gemaakt tussen de ouderenhuisvesting en de energietransitie. In de zogeheten Wijk van de Toekomst worden 140 huur- en koopwoningen verduurzaamd en levensloopbestendig gemaakt. Het lijkt logisch om woningaanpassingen te combineren met het verduurzamen, stelt projectleider Martin Waslander (KAW Architecten), maar je ziet het bijna nooit. “Nu hoef je maar één keer met de bewoners om de tafel en de aannemer kan alles tegelijk uitvoeren. Dat bespaart veel kosten. Als je bovendien in gesprek raakt over woningaanpassing en domotica gaan ouderen ook nadenken over hoe ze thuis kunnen blijven wonen.”
Dorpsloket
Kleinere, particuliere initiatieven zijn op het platteland talrijker, zoals het project Droomwonen in het Groningse Opende. Hier combineert een lokale stichting zestien levensloopbestendige koopappartementen voor 55-plussers met de zorg voor jongvolwassenen met een verstandelijke beperking (in acht huurappartementen). Deze koppeling levert in de visie van de initiatiefnemers synergie op, ondanks de verschillen in behoeften. Ook een dorpsloket krijgt er een plek. Flapper: “Ik mis vaak de verbinding tussen het wonen en de gemeenschap eromheen. En zeker voor thuiswonende ouderen, die naar dat soort ontmoetingsplekken toe moeten kunnen gaan.”
Op initiatief van Dorpsbelang Vledder wordt ten slotte in Zuidwest-Drenthe een woonzorgcentrum gerealiseerd met 32 appartementen en 3 logeerruimten. Alle appartementen zijn ingericht om intensieve zorg te kunnen verlenen. Opmerkelijk is dat, naast de steun van KNHM Participaties en Triodos Bank, het project tot stand kwam dankzij een obligatielening waarbij ruim vijftig dorpsbewoners € 850.000 bij elkaar brachten.
In krimpgebieden zijn dit de schaarse druppels op een gloeiende plaat. De Taskforce Wonen en Zorg legt de bal nu bij gezamenlijke acties van gemeenten, corporaties en zorginstanties. Wie kopt de vele kansen er snel in?
Dit artikel is verschenen in Stedebouw & Architectuur thema Bouw en Zorg 2020. Lees het volledige nummer in onze bibliotheek >>
Reactie toevoegen