Geef me de Vijf: Tineke Fokkema
Op deze mooie vrijdag lanceren we een nieuwe editie van Geef me de Vijf. Dit keer is het de beurt aan onze expert Tineke Fokkema. Professor Tineke Fokkema is onderzoeker bij het Nederlands Interdisciplinair Demografisch Instituut (NIDI-KNAW) en bijzonder hoogleraar “Ageing, Families and Migration” bij de Erasmus School of Social and Behavioural Sciences (ESSB) van de EUR.
Tineke Fokkema
Waar ben jij momenteel mee bezig?
Ik ben met verschillende dingen bezig. Zoals het afronden van een artikel, samen met Sabrina de Regt (CBS) en Marjolijn Das (CBS/EUR), over de leefsituatie van de 20 grootste groepen migrantenouderen in Nederland op de terreinen demografie, huishoudenssituatie en nabijheid van kinderen, sociaaleconomische positie en gezondheid. Van de ouderen heeft niet alleen een steeds groter deel een niet-Nederlandse herkomst, ook de variatie in herkomst neemt toe. Op dit moment ontbreekt een recent globaal overzicht van de maatschappelijke positie van migrantenouderen. Indien migrantenouderen worden onderzocht, ligt de focus vaak enkel op ouderen met een Marokkaanse of Turkse achtergrond, soms aangevuld met ouderen van Surinaamse of Antilliaanse herkomst. In mei zal dit artikel verschijnen. Ik kan nu al een tipje van de sluier oplichten: bepaalde groepen migrantenouderen doen het relatief goed, zoals ouderen met een Indonesische achtergrond en ouderen uit de buurlanden België, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk. Bij andere groepen is een gemengd beeld te zien, zoals bij ouderen uit Marokko, Turkije en China. En er zijn groepen die extra kwetsbaar zijn, vooral ouderen die hier als vluchteling zijn gekomen, zoals ouderen uit Afghanistan, Irak en Syrië. Deze groep ouderen is vaak uit beeld gebleven, extra aandacht voor hen is zeer wenselijk.
Verder begeleid ik samen met Nina Conkova (Leyden Academy) en Bianca Suanet (VU) de VU masterstudent Giorgio Held. Hij schrijft een scriptie over ouderen uit Indonesië, de tweede meest omvangrijke, maar ook een ‘vergeten’ groep migrantenouderen in Nederland. Door middel van diepte-interviews met Indonesische ouderen worden de ervaringen met en oorzaken van eenzaamheid in kaart gebracht, alsook de strategieën die zij toepassen om met eenzaamheid om te gaan.
En vers van de pers: een Special Issue voor het tijdschrift The Gerontologist over methodologische en ethische aspecten van onderzoek bij migrantenouderen. Basak Bilecen (RUG) was mede-gastredacteur. Dit nummer verschijnt in het najaar, maar alle artikelen – inclusief onze introductie (https://academic.oup.com/gerontologist/advance-article/doi/10.1093/geront/gnac036/6550651?login=false) – zijn al online te lezen.
Wat moet er nu gebeuren op terrein van eenzaamheid?
Eigenlijk is er nog heel veel onderzoek nodig, ofschoon er steeds meer kennis over eenzaamheid is. Het is mooi dat het programma ‘Eén tegen Eenzaamheid’ is verlengd, dit geldt ook voor de Wetenschappelijke Adviescommissie waar ik – net als Rick Kwekkeboom – lid van ben. We hebben recent een onderzoeksagenda aan het ministerie van VWS aangeboden met punten waarvan wij vinden dat die op korte respectievelijk langere termijn extra aandacht verdienen.
Het zal je niet verbazen dat ik vooral geïnteresseerd ben in de aanpak van eenzaamheid bij migrantenouderen. Vooral onder Marokkaanse en Turkse ouderen is de eenzaamheid schrikbarend hoog ( https://research.vu.nl/ws/portalfiles/portal/69179108/2018_TGG_vanTilburg_Fokkema_HogereEenzaamheidOnderMarokkaanseTurkseOuderen_AuthorsVersion.pdf). We weten steeds meer over de belangrijkste oorzaken van eenzaamheid bij migrantenouderen. De volgende stap is het in kaart brengen van geschikte interventies, deze inzetten en de effectiviteit ervan onderzoeken.
Welke rol spelen ouderen zelf in je projecten?
In mijn onderzoeken maak ik vooral gebruik van surveydata en gegevens van het CBS, maar ik heb ook enkele onderzoeken waarin ouderen zelf aan het woord komen. Zo heb ik interviews gehouden met Marokkaanse ouderen die op latere leeftijd zijn teruggekeerd naar hun geboorteplaats en met Nederlanders die rond hun pensioen naar Italië en Marokko zijn vertrokken.
Ook in het net gehonoreerde NWA-project ‘Dilemmas of Diversity’ zal de stem van de ouderen worden gehoord. Dit project is gericht op de vraag: hoe creëer en stimuleer je een samenleving met samenhang en ruimte voor verschillen, waarin bovendien iedereen gehoord wordt? Ik ben als projectleider verantwoordelijk voor het onderdeel ‘Diversity policies and practices in spaces of care and welfare provision (2000-2020)’. Dit doe ik samen met Nina Conkova en Jolanda Lindenberg van de Leyden Academy. We kijken onder andere naar de veranderingen in diversiteitsbeleid van overheid en gemeentes, hoe professionals hiermee omgaan, welke maatregelen zij nemen om mensen gelijkelijk toegang tot zorg en welzijn te bieden, én hoe mensen die toegang en regelingen daaromtrent waarderen.
Wat hoop je dat er in de nieuwe plannen van de ministers Helder en de Jonge komt te staan?
Zoals ik al eerder heb aangegeven, het is fijn dat het programma ‘Eén tegen Eenzaamheid’ is verlengd. Verder hoop ik op:
- Meer aandacht voor migrantenouderen in de meest kwetsbare situatie.
- Meer aandacht voor de rol van de woning en woonomgeving op kwaliteit van leven.
- Maatregelen die wél werken om senioren door te laten stromen naar kleinere, meer passende woningen.
Welk initiatief op terrein van wonen zorg en welzijn vind jij kansrijk/inspirerend?
Ik vind het bemoedigend dat senioren zelf actief tot de bouw van nieuwe woonvormen komen. Het gebeurt nog op kleine schaal, maar toch.
Ook merk ik – mede door het programma ‘Eén tegen Eenzaamheid’ – dat de kloof tussen wetenschap en praktijk kleiner wordt. Ik denk dan b.v. aan de handreiking ‘Aan de slag met eenzaamheidsinterventies’ (https://www.eentegeneenzaamheid.nl/app/uploads/2021/09/Handreiking-Aan-de-slag-met-eenzaamheidsinterventies.pdf).
Reactie toevoegen