Buurtwonen: een kleinschalige woonvoorziening in de wijk
In 10 jaar moeten er 1000 locaties van Buurtwonen komen. Dat is het streven van Buurtzorg en Hestia Living. Gezamenlijk zetten zij zich in voor een nieuw woonconcept: Buurtwonen. Het betreft wooncomplexen tussen de 10 en 25 woningen voor mensen die enige zorg nodig hebben.
Het gaat bijvoorbeeld om bewoners met een indicatie voor zorgzwaartepakket 4. Deze mensen vallen vaak tussen wal en het schip. Ze hebben te weinig zorg nodig voor een verpleeghuisindicatie, maar kunnen eigenlijk niet zonder ondersteuning zelfstandig wonen. Met deze woonvorm kunnen zij dat wel. Benjamin van Tiggelen van Hestia Living: ‘De schaalgrootte is ideaal. Het is knus, bewoners kennen elkaar en het is voor de zorg ook rendabel.’
Informele netwerk behouden
Het is uitdrukkelijk de bedoeling dat de wooncomplexen in woonwijken komen waar toekomstige bewoners nu al wonen. Dat is een bewuste keuze. Mike van Lochem, ook werkzaam bij Hestia Living, licht toe: ‘Senioren zijn vaak geworteld in de buurt en kennen er veel mensen. Zij hebben daar vaak een belangrijk deel van hun netwerk. Zo kunnen zij in een vertrouwde omgeving blijven wonen en hun leven zoveel mogelijk voortzetten.’
‘Een ander voordeel is dat het voor buren en buurtbewoners makkelijker is even langs te gaan en hulp te bieden’, vult Benjamin aan. ‘Zo behoud je dat informele netwerk en zorg je ervoor dat de buurt het complex adopteert.’ De lokale Buurtzorgteams bieden professionele zorg wanneer dat nodig is.
Duurzame woningen
Buurtwonen speelt ook in op een ander maatschappelijk vraagstuk, namelijk die van duurzaamheid. Het complex is duurzaam, alle woningen zijn energieneutraal. Het wordt met bio-based materialen gemaakt, met name hout. De complexen zullen voornamelijk nieuw worden gebouwd. Eventueel is het ook mogelijk in bestaande bouw. Het zal per locatie verschillen of het haalbaar is. Ieder complex heeft levensloopbestendige, volwaardige appartementen. De woningen zijn tussen de 50 en 75m2 groot. In ieder complex is een gemeenschappelijke ruimte te vinden. ‘Dat is een must, want het is de bedoeling dat bewoners met elkaar activiteiten kunnen doen, hun verjaardagen kunnen vieren. Ook buurtbewoners kunnen gebruik maken van de ruimte’, aldus Benjamin. Het gaat om sociale huurwoningen en om woningen in de middenhuur. De grootste uitdaging is het vinden van een geschikte locatie. Als gemeenten doordrongen zijn van de urgentie, kunnen zij een rol spelen bij het vinden van een geschikte plek. In de regio Eindhoven zien de gemeenten de plannen helemaal zitten.
Samenwerken
Buurtwonen zoekt ook de samenwerking met corporaties op. In Geldrop-Mierlo hebben zij gesprekken met corporatie Compaen. In Geldrop Mielo is de woningstichting Compaen actief. https://compaen-wonen.nl/Ook ziet Buurtwonen kansen in samenwerking met zorg- en dorpscoöperaties. ‘Zij kunnen een rol spelen bij het benutten van de gemeenschappelijke ruimten en samen met vrijwilligers en mantelzorgers de bewoners ondersteuning bieden waar nodig’, zegt Mike. Zowel Benjamin als Mike kunnen zich voorstellen dat een zorgverzekeraar hier ook de meerwaarde van inziet. De gesprekken hierover zijn in volle gang. ‘We willen echt inzetten op preventie, dus het voorkomen van achteruitgang. Dat kan door bewoners op maat de juiste hulp te bieden.’ Ook elders in het land bestaat er grote belangstelling voor het concept. ‘Logisch, want het lost een groot vraagstuk op, dat van de vergrijzing, van het sluiten van de verzorgingshuizen en het gebrek aan personeel’, aldus Benjamin.
Woonvormen voor onzichtbare groep
Als kersverse wethouder in Geldrop-Mierlo wil Mathil Sanders-de Jonge zich inzetten voor meer woonvormen voor ouderen tussen thuis en het verpleeghuis in. Zij maakt zich hard voor ouderen die thuis wonen maar waarbij de kwaliteit van leven beneden peil is. Mathil heeft tot 1 oktober tien jaar gewerkt als wijkverpleegkundige bij Buurtzorg Geldrop. ‘Ik zag veel eenzaamheid onder ouderen en met name onder de 85-plussers die nog niet in aanmerking komen voor het verpleeghuis maar moeite hebben met zelfstandig wonen. Daar ontbreken woonvormen voor.’ Zij vindt daarom initiatieven als Buurtwonen nodig en wil zich daar nu als wethouder Sociaal Domein hard voor maken.
Bejaardenhuis 2.0
De groep kwetsbare mensen die thuis wonen en nog geen indicatie hebben voor zorgzwaartepakket 5 of hoger, is onzichtbaar. ‘Deze mensen komen ook niet in de data voor. Ze staan nog niet op een wachtlijst, dus tellen ze niet mee in de statistieken. Intussen hebben zij wel aandacht en zorg nodig. Die is onvoldoende beschikbaar. In nieuwe woonvormen, ‘bejaardenhuis 2.0’ kunnen zij dit wel krijgen.'
Zij merkt dat er bij gemeenten meer contact nodig is tussen de verschillende domeinen. ‘Wethouders van het fysieke domein en het sociale domein kennen elkaar onvoldoende. Samenwerking is nodig om deze opgave aan te pakken.‘ Voldoende passende woonvormen brengt ook doorstroming op gang. ‘Als een oudere verhuist naar een kleinschalige woonvorm in de wijk komt er een woning vrij voor een starter of gezin. Ook zij laten weer een woning achter. Zo komt de broodnodige doorstroming op gang.
Ruimte voor echtparen
Wat Mathil betreft moet er zo snel mogelijk begonnen worden met de bouw van woningen volgens het Buurtwonen concept. ‘Gewoon beginnen, doe een pilot’. Mathil benadrukt hierbij dat er ook ruimte moet zijn voor echtparen. ‘Het is toch schrijnend als echtparen na tientallen jaren samen te zijn geweest gescheiden worden van elkaar.’ Ze wil graag dat de laatste 1000 dagen van mensen, zoals Machteld Huber -bekend van de ‘positieve gezondheidsbeweging’- het noemt prettig zijn met kwaliteit van leven. ‘Dat moeten we met elkaar doen. En dat kunnen we ook. Mensen willen graag omzien naar elkaar.’
Reactie toevoegen