Als nieuwe partner van ZorgSaamWonen vertelt Ron Alderden (bestuurder Aecare) hoe hij aankijkt tegen verpleeghuiszorg thuis en het realiseren van hofjes vanuit burgerinitiatieven.
‘Een andere route naar langdurige zorg thuis’

Foto: Shutterstock

Met Aecare focust Ron Alderden zich sinds een jaar op de langdurige verpleegzorg thuis met als basis het Volledig Pakket Thuis en het Modulair pakket Thuis (respectievelijk VPT en MPT). Ron: “Onze zorg onderscheidt zich van wijkzorg en andere zorg, doordat we langer bij de cliënten thuis zijn. We komen dus niet even een kwartier of half uur langs voor bijvoorbeeld wondverzorging of voor wassen en aankleden. Dat is een andere manier van zorgen, wat uiteraard prima is, zolang dat maar aansluit bij de hulpvraag. Wij leveren echter echt verpleeghuiszorg thuis, waarbij naast de zorg ook welzijn een heel belangrijke rol speelt.”
In de uitvoering staan voor Ron drie zaken centraal: “Ten eerste richt ik me alleen op Wlz-zorg thuis. Ten tweede pas ik als inhoudelijke visie de sociale benadering van hoogleraar Anne-Mei The toe. En ten derde maak ik deel uit van Aethon, waar mijn personeel vandaan komt, zodat ik geen probleem heb om geschikte mensen te vinden. Deze drie zaken vormen in de samenhang met elkaar een redelijk uniek aanbod.”
Sociale context behouden
Ron gaat verder in op de genoemde uitgangspunten en zegt over de benadering van The: “Iemand met dementie heeft uiteindelijk misschien wel een beschutte woonvorm nodig, maar zij stelt dat het beter is om de bestaande sociale context zoveel mogelijk in stand te houden. Daarbij blijf je mensen met dementie aanspreken op datgene wat ze gewend zijn te doen. Ze hebben bijvoorbeeld ooit een bepaald vak uitgeoefend. Hoe kunnen we dan die kennis en ervaring op een andere manier blijven inzetten? Of ze zijn gewend om elke donderdag naar de kaartclub te gaan. Waarom houden we dat niet zo? Houd ook de relaties en verbanden met kinderen en vrienden in stand. Behoud dus alles wat het leven het waard maakt, zegt The. Het is inmiddels aangetoond dat je, wanneer je de ondersteuning op die manier inzet, het proces van dementeren minimaal met een tot twee jaar vertraagt. Bovendien heeft dat een enorm goede invloed op de kwaliteit van leven.”
Wie Ron beluistert, stuit ook op zijn stelling dat het gebruik van het VPT nog echt van de grond moet komen. “Wij zijn vrijwel allemaal opgevoed met de idee dat het bij dementie bijna altijd goed is om mensen op te nemen in een verpleeghuis. We moeten met elkaar nog echt wennen aan verpleeghuiszorg thuis. Het bestaat al wat langer en heeft een extra boost gekregen door het overheidsbeleid, maar traditionele VVT-organisaties vinden het ingewikkeld om dit beleid handen en voeten te geven.”
Andere route
“Met het bieden van verpleeghuiszorg thuis moeten we dus nog wennen aan een andere route voor mensen met dementie. Daarbij staat voorop dat we mensen stimuleren de eigen regie te pakken. Dat moet aansluiten bij hoe ze gewend waren om hun eigen dag in te vullen. Daartoe bouw ik nu teams op, waarbij zeventig procent van de mensen die bij ons werken voornamelijk een welzijnsachtergrond heeft. Dus we mikken niet zozeer op het verlenen van zorg, maar werken meer vanuit een sociale benadering. Dat kan betekenen dat je samen het huis schoonmaakt, boodschappen doet of een maaltijd bereidt. Dit heeft minder met zorg te maken, maar veel meer met waar je je goed bij voelt. En als er dan nog een zorgvraag is, kunnen wij de cliënten daarbij ook ondersteunen.”
Bij het samenstellen van de genoemde teams met de juiste mensen, werkt Ron samen met Aethon. Ron legt uit: “De personeelsmarkt is lastig, maar daar heeft Aethon goede oplossingen voor. Niet alleen steekt hun wervingsapparaat daar goed op in, ook bieden ze de medewerkers voldoende flexibiliteit om hun werk te organiseren. Zo werken zij met de app Aelio, waarop medewerkers zichzelf kunnen inschrijven voor bepaalde diensten. Dan draai je dus de vraag om en dat is een heel aantrekkelijke manier van denken en werken. Zeker voor wat jongere mensen, hebben we gemerkt.”
Drie functies
“We werken nu met drie functies”, vervolgt Ron. “De woonondersteuner die vooral het welzijn oppakt, de verzorgende niveau 3 die ook verzorgende en verpleegkundige activiteiten kan uitvoeren en de verpleegkundig regisseur die de feitelijke regie heeft over de hulpvraag. Hij of zij maakt concrete afspraken met de cliënt en diens familie en vertaalt dat in een plan, wat dan ook meteen het contract is. Omdat we per vijftien cliënten met kleinschalige teams werken, is er ook een goede onderlinge communicatie tussen de verpleegkundigen en de welzijnsmedewerkers. Dan heb je echt korte lijnen. Aanvullend is er verder het elektronisch patiëntendossier, waardoor ook de familie mee kan communiceren.”
Ook andere technologieën om de eigen regie te stimuleren, hebben Rons aandacht: “Eerder werkte ik al met vergelijkbare vormen van ondersteuning. Zoals een app om bijvoorbeeld met de tram te kunnen reizen, waarbij de app je vertelt wanneer je moet uitstappen. Deze vormen van monitoring groeien steeds verder, zodat je nu echt leefstijlmonitoring hebt. Wij denken misschien allemaal dat we heel erg uniek zijn, maar ik moet je teleurstellen: we zijn met z’n allen redelijk voorspelbaar. Je kunt dus een bepaald leefpatroon lezen en analyseren. Als dan op een bepaald moment iets opmerkelijks gebeurt, terwijl dat niet de normale gang van zaken is, pikt de elektronica dat op. En kun je kijken wat er aan de hand is. Dit zijn interessante ontwikkelingen, die we soms nog een beetje gek vinden, zoals de bekende sprekende bloempot. Maar moeten we voortdurend menskracht inzetten voor het waarschuwen om een medicijn in te nemen? Dat kun je pragmatischer oplossen, als je het maar zodanig vormgeeft dat het voor iedereen acceptabel is.”
- Langer Zelfstandig Leven Oegstgeest
Aecare werkt samen met de vereniging Langer Zelfstandig Leven Oegstgeest, die is ontstaan om het realiseren van hofjeswoningen vanuit burgerinitiatieven te stimuleren. Ron Alderden: “Initiatiefnemer Guus Dannenberg doet dit inmiddels op drie plekken in Oegstgeest en dat gebeurt op een net iets andere manier dan het bekende Knarrenhof. Hij houdt de regie heel erg bij de vereniging zelf en laat de gewenste woonvormen ontstaan vanuit burgerinitiatieven. Ik denk dat we dit in Nederland veel meer vanuit de eigen gemeenschap en eigen kracht kunnen ontwikkelen. Wij hebben inmiddels een samenwerkingsverband met de vereniging voor als er iemand in het hofje echt een zorgvraag heeft. Zorgkantoren zijn hierin heel erg geïnteresseerd en we hopen nu ook landelijk dergelijke hofjes te kunnen realiseren. Het kan echter ook gaan over een samenhangende wijk, waarbij we met voorzorgcirkels precies hetzelfde willen bereiken.”
Ten slotte is het de vraag waarom Ron zich graag aansluit als partner bij ZorgSaamWonen. Hij besluit: “Het is een platformorganisatie en daarom is het voor mij interessant om met andere mensen in gesprek te raken en te kijken wat ik daarvan kan leren en om te ontdekken of we samen kunnen optrekken om een vraag te beantwoorden. Ook het vinden van partijen die werkelijk met hofjes aan de slag willen gaan, is een van de redenen geweest om partner van ZorgSaamWonen te worden. Het is voor mij echter vooral een goed platform om te leren.”
Aecare bezit de erkenning (Wtza) om als onderaannemer thuis zorg te kunnen verlenen en is bezig om een vergunning te verkrijgen om (binnenkort) als zelfstandige zorgorganisatie te kunnen opereren, zodat cliënten via een zorgkantoor direct zorg bij Aecare kunnen inkopen.
Tekst: Ysbrand Visser
Reactie toevoegen