Al 25 jaar is SPOT de belangenbehartiger voor aanbieders van kleinschalige zorg. De branchevereniging en haar ruim 200 leden zien hun werk als betrokken en bevlogen ondernemen in een bedrijfstak waarin het maatschappelijk belang toeneemt en (levens)kwaliteit steeds belangrijker wordt. Naast het behartigen van de gezamenlijke belangen ontwikkelt SPOT producten en diensten die aansluiten op actualiteiten in de zorg en die een bijdrage leveren aan de bedrijfsvoering van de leden. Wij spreken met Francis Eijsackers, directeur bij SPOT, over de uitdagingen waarvoor haar leden staan en welke kansrijke bewegingen zij ziet voor 2025.
Partnerinterview SPOT: Laten zien wat kan!
![](/system/files/styles/max_500/private/2025-02/Francis%20Eijsackers%2C%20directeur%20bij%20SPOT.png?itok=QuaVwJE-)
Francis Eijsackers, directeur bij SPOT
“Onze leden herkennen zich in het leveren van kleinschalige zorg en de overtuiging dat juist deze zorg het beste bijdraagt aan het welzijn van mensen. Of het nu gaat om huishoudelijke ondersteuning vanuit de Wmo, wijkverpleging of hoog complexe verpleeghuiszorg. Dichtbij mensen, cliënten met een kwetsbare gezondheid én hun naasten, werken onze leden aan de best haalbare kwaliteit van leven. Wij helpen onze leden bij het ondernemen, innoveren en excelleren. Omdat wij zien dat ondernemersmentaliteit leidt tot meer slagkracht en een vliegwiel is voor verandering en innovatie. Zaken die nodig zijn om de uitdagingen waarvoor de zorg staat, op te kunnen vangen.”
Francis verwijst naar het groeiende personeelstekort en de oplopende zorgkosten. “Onze leden, en dat zijn zowel grote en kleine zorgondernemers, zoeken altijd naar efficiëntie met behoud van de kwaliteit van hun zorgverlening. Er heerst een echte ‘laten zien wat wel kan’ mentaliteit.” Francis haalt hierbij als voorbeeld de financiering van de zorg aan. “Er zijn nu alleen maar schotten tussen de verschillende vormen van zorg en ondersteuning. Een domeinoverstijgende betaaltitel zou veel beter passen bij het intensief samenwerken tussen het sociaal- en zorgdomein. SPOT wil in 2025 een pilot hierover actief ondersteunen.”
Samen sturen
Met 42 jaar werkervaring, opgedaan bij diverse zorgorganisaties, kent Francis alle dimensies van het vakgebied en weet zij heel goed welke accenten te leggen in de belangenbehartiging en op welke ontwikkeling de inzet van SPOT nodig is. Bijvoorbeeld het organiseren van een gelijkwaardige samenwerking tussen cliënt en organisatie, inwoner en overheid of leefwereld en systeemwereld. Francis noemt de term ‘samen sturen’. “Ik ben geïnspireerd geraakt door Anke Siegers, organisatiepsycholoog en groepsconflictbemiddelaar, die zich bezig houdt met het inrichten van een maatschappij waarin samensturing met alle partijen gebruikelijk is. Ook in het sociaal- en zorgdomein. In haar boek ‘De Nieuwe Route’ laat zij zien hoe eigenaarschap teruggelegd kan worden waar het hoort, namelijk bij de cliënt en zijn omgeving. Het is een kanteling in denken, organiseren en doen, die leidt tot een gelijkwaardige samenwerking tussen cliënt, zijn omgeving en organisaties om de client heen, inwoners en overheid, leefwereld en systeemwereld. Dit gedachtegoed moeten we vasthouden als we kijken naar intramurale of extramurale zorgverlening en bijvoorbeeld het betrekken van de informele zorgverleners. Maar ook de inzet van lager of anders geschoold personeel.”
Bekwaam maken mantelzorger
SPOT ziet kansen in een vloeiend, natuurlijk samenspel tussen de formele en informele zorgverlening. Dat gaat wat Francis betreft niet alleen over de samenwerking tussen mantelzorger en zorgprofessional. Maar ook over vertrouwen hebben in de kennis en kunde van de informele zorgverleners. Francis: “Wij moeten in ons denken en doen een transitie ingaan van de systeemwereld van zorghandelingen naar de leefwereld van de cliënt en wat die als mens belangrijk vindt in het leven. Daar past vertrouwen hebben bij in de bekwaamheid van de mantelzorgers en informele zorgverleners. De mantelzorger kent zijn naaste heel goed, is vaak dagelijks bij de client betrokken en doet al het nodige. Waarom zouden we geen gebruik maken van deze liefdevolle zorg of ondersteuning? En wat is dan de verantwoordelijkheid van de professionele zorgverlener en wat kan bijvoorbeeld een mantelzorger doen? Als we met een nuchtere blik naar de werkelijkheid kijken, wat vinden we dan ‘normaal’ als het om informele en formele zorgverlening gaat? En waar ligt de grens tussen beide werelden? Bestuurders van zorgorganisaties hebben vanuit de Governance Code Zorg de plicht om steeds naar de maatschappelijke positie van hun organisatie te kijken. De ontwikkeling van het koppelen van formele en informele zorg past daarbij.” SPOT zet ook in 2025 in op het verbinden van de formele en informele zorg en wil opgedane kennis en ervaring graag delen met andere organisaties.
Huishoudelijke ondersteuner als signaleerder
De tweede beweging die volgens Francis kansrijk is, ligt in het meer benutten van de kracht van de huishoudelijke ondersteuners. Van alle thuiszorgverleners zijn deze professionals gedurende de week de meeste tijd aanwezig in het leven van de cliënt. “In de Dementiemonitor 2024 staat hulp bij het huishouden op de tweede plek in de top vijf van ‘Belangrijkste professionele zorg in de thuissituatie’. Ook daaruit blijkt dat de huishoudelijke ondersteuner een belangrijke rol speelt in het leven van mensen. Een vast gezicht die heel goed kan signaleren hoe het met de cliënt gaat. Belangrijk bij mensen met dementie, maar evenzo belangrijk bij mensen die bijvoorbeeld een somatische problematiek hebben. Toch benutten we die kracht onvoldoende. We hebben te maken met professionals die geen zorgdiploma hebben, maar hun werk vraagt wel van hen dat zij werken op de grens van zorg en ondersteuning.” Francis zou heel graag zien dat de impact van hulp in de huishouding gezien en omarmd wordt als onderdeel van de oplossing om mensen langer, gelukkiger en meer zelfredzaam thuis te laten wonen.
Ze verwijst naar de position paper ‘Meer dan poetsen’, over het belang van de huishoudelijke ondersteuner als belangrijkste schakel om ouderen zelfstandig thuis te laten wonen. SPOT en heel veel zorgorganisaties hebben deze position paper ondertekend. Francis: “Hoe mooi zou het zijn als we, naast de mantelzorgers, ook deze professionals in hun kracht zetten. Dat we hun kennis, liefdevolle zorg en ondersteuning beter benutten voor de beweging van zorg naar gewoon leven. En daar ook ruimte voor geven zodat de signaalfunctie er niet even ‘bij’ gedaan moet worden. In 2025 zet SPOT zich graag hiervoor in.”
Evenredige verdeling zorgvraag
SPOT is een belangenbehartiger van grote en kleinere zorgaanbieders in kleinschalige thuiszorg. En ziet dat er veel zorgvolume in Wmo, Zvw en Wlz vanuit de zorgverzekeraars naar grote contractanten gaat, en kleinere zorgaanbieders vaak in de rol van onderaannemer zitten voor de incourante, hoog complexe zorgvragen. Innovatiekracht en ondernemerschap, waar leden van SPOT zich in onderscheiden, krijgen in deze werkelijkheid onvoldoende de ruimte. Terwijl daar, zoals eerder aangegeven, wel een deel van de oplossing gezocht zou moeten worden. SPOT zou daarom graag zien dat er een dialoog tussen de zorgverzekeraars en alle zorgaanbieders komt over doelmatigheid van de zorg. “Want deze uitdaging is van ons allemaal en gelijkwaardig samenspel daarin het vertrekpunt”, aldus Francis.
ZorgSaamWonen is verheugd met SPOT als nieuwe partner. De branchevereniging en haar leden zien hun werk als betrokken en bevlogen ondernemen, in een bedrijfstak waarin het maatschappelijk belang toeneemt en (levens)kwaliteit steeds belangrijker wordt. ZorgSaamWonen en SPOT gaan komend jaar verkennen hoe de community van ZorgSaamWonen SPOT en haar leden hierbij kan ondersteunen.
Reactie toevoegen