De belemmeringen en oplossingen voor een toegankelijke wijk
Wat zijn belemmeringen en oplossingen voor het realiseren van een toegankelijke wijk? Op uitnodiging van Primum, duurzaamheidsadviesbureau gingen 20 deelnemers op 3 maart 2020 met elkaar in gesprek over de toegankelijke wijk. Het doel van de sessie was samen met de aanwezigen, van belangenorganisaties en ervaringsdeskundigen tot gemeentelijke adviseurs en de Minister van Gehandicaptenzaken, te komen tot een goed beeld van belemmeringen en oplossingen voor het realiseren van een toegankelijke omgeving. Hierbij het verslag van deze leerzame meeting, dat onze collega's van Biind onlangs publiceerden.
Ander perspectief
Onze samenleving is onvoldoende ingericht op mensen met een beperking. Dat vindt Eva de Ruiter van Primum. En met haar vele anderen, zoals filmregisseur Mari Sanders. ‘Zo’n 20% van de Nederlanders heeft een beperking. Het gaat om zo’n 3 miljoen mensen’, zegt hij in het filmpje op de website ‘Nietsoveronszonderons’ . Er bestaan verschillende soorten beperkingen: visuele, auditieve, motorische of mentale beperkingen. Sanders legt in het filmpje het verschil uit tussen een handicap en een beperking. ‘Een beperking is iets persoonlijks, terwijl een handicap hetgeen is wat je ervaart als je met je beperking mee wil doen. Dus de drempels die je tegenkomt in de maatschappij.’ Hij vindt dat Nederland achterloopt op het terrein van inclusiviteit in vergelijking tot andere landen. ‘Onze samenleving is nog erg gesegregeerd. We hebben speciale woonvormen voor mensen met beperkingen, speciale scholen.’ De diversiteit die er bestaat in de maatschappij wordt niet weerspiegeld in de toegankelijkheid van de openbare ruimte.
Medisch en sociaal model
Volgens Sanders komt dit omdat het medische model overheerst. In dit model zien mensen een handicap als een medisch probleem dat in een individu zit. Dat probleem moet gecorrigeerd, genezen of hersteld worden voor zover mogelijk. Hij pleit voor meer ruimte voor het sociale model, waarin het gaat om de relatie tussen de individu en haar omgeving. In het sociale model staat het creëren van een omgeving waarin mensen eigen keuzes kunnen maken centraal. Iedereen is verantwoordelijk voor het weghalen van drempels. Inclusieve gelijkwaardigheid is beter voor iedereen en is bovenal een mensen recht.
Wet- en regelgeving
Al loopt Nederland achter, gebeurt er toch nog wel het één en ander licht Ursula Zampieri, adviseur bij Primum, toe. In Nederland is het sinds juni 2016 het VN-verdrag Handicap van kracht via de aangepaste ‘Wet gelijke behandeling op grond van handicap of chronische ziekte’ (Wgbh/cz). De Kieswet is naar aanleiding van dat verdrag ook gewijzigd, waarin staat dat stemlokalen per 1 januari 2019 toegankelijk moeten zijn. Ook in 2016 is de Europese richtlijn voor digitale toegankelijkheid in werking getreden en ongeveer twee jaar later omgezet in nationale wetgeving. Hierdoor worden ook de digitale kanalen van overheidsinstanties fasegewijs toegankelijk.
Ondanks deze ontwikkelingen en enkele andere initiatieven blijkt , uit de laatste rapportage van het College voor de Rechten van de Mensen (toezichthouder van het verdrag) onder andere dat het minder goed gaat met ‘de sociale omgeving van mensen met een beperking’ of met de fysieke ‘omgeving rond gebouwen en treinen en bussen’. Het inrichten van een bestaande of nieuwe wijk biedt vele kansen om deze aspecten aan te pakken. Richtlijnen gericht op toegankelijkheid in de buitenruimte zijn echter nog gefragmenteerd of onduidelijk. Bijvoorbeeld, hoe zal het aangepakt worden in de Omgevingswet? Wat al heel duidelijk is, is dat mensen met een beperking vroeg bij trajecten moeten worden betrokken.
Torentje ontoegankelijk
‘Het Torentje van de minister president is in ieder geval niet toegankelijk’, zegt Rick Brink, die aangesteld is als Minister van Gehandicaptenzaken. Hij heeft genoeg ideeën wat er in ons land moet gebeuren om de samenleving inclusiever te krijgen. Hij vindt het vooral belangrijk dat mensen met beperkingen aan de voorkant betrokken worden bij de samenstelling van wetten. En hij pleit voor een ‘brede’ blik. ‘Als sportvelden, winkels en openbaar vervoer toegankelijk zijn maar je vervolgens niet je bed in kunt komen dan heb je er nog niets aan.’ Toch waarschuwt Brink voor dat inclusiviteit niet alle problemen kan oplossen. ‘Er zullen altijd mensen blijven die beter gedijen in een net iets specialere omgeving. Het gaat erom dat je de keuze kunt hebben’, beweert hij.
Tegengestelde belangen
Soms zijn aanpassingen voor de ene groep prettig maar voor de andere groep niet. Brink: ‘Egale straten zijn fijn voor rolstoelgebruikers maar blinden hebben de tactiele informatie hoogteverschillen nodig. Belangen zijn soms tegenstrijdig.’ Dat weet Joop Sanders als geen ander. Hij is lid van het platform toegankelijkheid bij de gemeente Gooise Meren en is visueel beperkt. ‘Weinig mensen zijn blind. Slechts 1500 à 3000 mensen kunnen braille lezen. Terwijl er 100.000 mensen zijn met Macula Degeneratie. Als slechtziende heb ik liever grote cijfers in de lift dan braille’, zegt Sanders. ‘Het beste is om het allebei te hebben.’ Dat zegt Berry den Brinker ook. ‘Als je iets niet met één maatregel voor iedereen kan oplossen, dan doe je het dubbel’.
Stoep mijden
Veel slechtzienden lopen het liefste op straat in plaats van de stoep. ‘Ik mijd de stoep, daar zijn teveel obstakels’, zegt Sanders. ‘Vooral boomspiegels met opstaande randen zijn nekkenbrekers.’, voegt hij toe. Berry den Brinker, onder andere onderzoeker aan de VU naar de visuele toegankelijkheid van de gebouwde omgeving en actief bij Cliëntenbelang Amsterdam en ook zelf visueel beperkt, beaam dit. ‘’Fietspaden zijn in oude binnensteden zoals Amsterdam aangelegd op trottoirs en de vernauwde trottoirs staan nu vol met geparkeerde fietsen, terrassen, en reclameborden’’, vult hij aan. ‘’Door al die obstakels en geveltuintjes is het voor blinden en slechtzienden heel moeilijk geworden op de stoep je weg te vinden langs de gevel’’, vervolgt hij. Er is veel meer nodig voor slechtzienden en blinden dan de akoestische signalen en geleidelijnen bij geregelde oversteekplaatsen’’. En hoe kom je hier achter? Door gebruikers te vragen naar wat wenselijk is.
Ander soort obstakels
Er zijn meer obstakels. Sanders en den Brinker vinden dat er alleen fietspaden moeten komen als er ruimte voor is. Fietsers zijn vaak erg brutaal. Dan zien ze me op een zebrapad oversteken met mijn stok maar suizen er dan toch zigzaggend langs. ‘Soms maken buurtbewoners de rateltikkers van stoplichten expres stuk omdat ze het geluid te hard vinden’, zegt den Brinker. ‘Oja, geparkeerde auto’s zijn ook een ramp.’ Den Brinker is wel erg te spreken over Uilenstede, de studentencampus in Amstelveen. ‘De aanduiding is goed, de wegen zijn prima en alles is toegankelijk.’ Beide heren zijn het erover eens: het zou helpen als architecten, ergonomen, verkeerskundigenplanologen samen met de gebruikers, vooral die met beperkingen, aan tafel zitten. ‘Bij overheden lijkt niemand het overzicht te hebben.’, zegt den Brinker.
Daarnaast, in lijn met het eerder genoemde medische model valt het thema toegankelijkheid bijzonder onder de portefeuille van Zorg. Den Brinker voegt toe dat binnen het ambtelijke apparaat van gemeenten ‘veel verschillende ‘winketjes’ zich met de openbare ruimte bezig houden. We hebben een holistische blik nodig. En coördinatie.’ Deelnemers zien ook kansen in de woonvisies en prestatieafspraken. Daar kunnen gemeenten, corporaties en burgers afspraken maken over toegankelijkheid.
Bewustwording is het sleutelwoord
Ook Rick Brink vindt dit een goed idee. ‘Het is nu nog te vrijblijvend.’ Brink adviseert gemeenten om inclusieambtenaren aan te stellen. ‘Zorg dan wel voor continuïteit. Nu zijn het vaak tijdelijke ambtenaren.’ De gemeente Amersfoort heeft inclusie-werkgroepen ingesteld om mensen met beperkingen aan het begin van een project erbij te betrekken. Ook om de verschillende belangen goed te kunnen horen en de beste oplossingen te vinden. ‘Veel ambtenaren hebben het thema toegankelijkheid nog niet in hun DNA’, zegt een deelnemer vanuit de gemeente. Eigenlijk zouden nieuwe collegae een cursus moeten krijgen over toegankelijkheid. ‘Bewustwording is het sleutelwoord’, aldus Brink. ‘En we moeten kijken vanuit een ander perspectief’, zegt Eva de Ruiter. ‘Een inclusieve, holistische blik.’ En dat kan alleen als de mensen met beperkingen gehoord worden.
Tips voor het inrichten toegankelijke binnen- en buitenruimte
- Wijkgericht werken: betrek bewoners en lokale initiatieven
- Benut ervaring buiten de gemeente
- Werk constant aan bewustwording (continuïteit is belangrijk)
- Ga vooral experimenteren en evalueren
- Betrek verschillende doelgroepen vroeg in het proces
Over Primum
Primum heeft als missie het verduurzamen van de leefomgeving. Wij willen zorgen voor versnelling van het tempo van verduurzaming en voor het vergroten van de positieve impact. Dit doen wij door het leveren van adviesdiensten ter verduurzaming van organisatie, projecten en producten.
https://primum.nl
Meer lezen?
Zie ook:
Het Handboek 'Zicht op Ruimte' is voor ontwerpers, opdrachtgevers, beheerders en gebruikers van de gebouwde omgeving: iedereen die op de een of andere manier betrokken is bij de inrichting. Van een overzichtelijke en veilige fysieke omgeving.
Reactie toevoegen