Drie generaties op een Friese Boerderij
Foto: Peter van Beek
Ze zijn echte Friezen, Jan (64) en Alie (60) Rodenhuis. Zij zijn geboren en getogen op het Friese platteland. Allebei in een klein dorp. Ze kennen Fryslân door en door. ‘Alle dorpen hebben een eigen karakter. Zo zijn er bij ons in het dorp in de Wâlden veel kraampjes langs de weg te vinden. Bijna iedereen heeft een eigen handeltje’, vertelt Alie. ‘Wat alle dorpen gemeen hebben is de grote mate van ‘Mienskip’ (gemeenschapsgevoel); het omzien naar elkaar. De saamhorigheid’. ‘De sociale cohesie in de dorpen is groot’, vult Jan aan. Dat ziet hij in zijn eigen leven, maar ook in het werk. Jan is wethouder geweest en werkt nu bij onderzoek- en adviesbureau Partoer.
‘Families wonen dicht bij elkaar. Dorpsbewoners helpen elkaar. Zonder bemoeienis van de overheid regelen wij met vrijwilligers veel met elkaar en zorgen we voor de voorzieningen die nodig zijn. Dat is geen overbodige luxe, want ook Friesland vergrijst’, zegt Jan. In zijn werk komt hij andere Friezen tegen die met meer generaties samenwonen in verbouwde boerderijen. ‘Toen dacht ik: hé, dat is iets voor ons zelf. Ik heb een balletje opgegooid bij onze dochter en schoonzoon om eens te praten over het idee om bij elkaar te gaan wonen.’ Het leek Jan en Alie fijn om dichtbij de kleinkinderen te wonen, die nu 7 en 9 jaar oud zijn. ’Dat is niet alleen gezellig, maar ook handig qua oppassen. In de toekomst is het een prettig idee dat we ook kinderen dichtbij hebben.’, zegt Alie. Jan heeft zelf ook dichtbij zijn pake en beppe, zijn opa en oma, gewoond. Ze woonden niet in hetzelfde huis maar wel een paar straten verder in hetzelfde dorp. ‘Daar bewaar ik goede herinneringen aan’, aldus Jan.
Duurzaam samenleven
Hun dochter en schoonzoon zagen het idee zitten. Alie: ‘We zijn in de buurt van Drachten gaan zoeken. Dat is praktisch want ik werk bij Sanquin bloedbank in de stad Groningen en het is een centrale plek voor beide gezinnen.’ Ze hebben anderhalf jaar gezocht toen ze een rietgedekte boerderij in Surhuizum zagen. ‘Het was lange tijd echt een boerderij, daarna fungeerde het als siersmederij en nu wonen wij er. We hebben de boerderij kadastraal gesplitst. Wij hebben een nieuwe woning in de deel gebouwd’, zegt Jan. Het is een duurzame, energieneutrale woning met warmtepomp en 22 zonnepanelen.
Duurzaam leven, dat vinden Jan en Alie belangrijk. Maar het allerfijnste aan de boerderij vinden zij dat ze dicht bij de kinderen en kleinkinderen wonen. ‘We zien hen bijna dagelijks’, vertelt Alie. ‘Op vrijdag passen we altijd op. Eerst aten we dan ook nog samen, maar aan het einde van de week is iedereen moe. Daarom hebben we besloten dat het voor allemaal rustiger is om apart te eten.’ Ze hebben goede afspraken met elkaar gemaakt. ‘We gaan op tijd met elkaar in gesprek en zo hou je het prettig met elkaar’, zegt Jan. ‘Zo kloppen we bij elkaar aan voordat we naar binnen gaan. Dat doen de kleinkinderen ook.’ De andere zoon en schoondochter wonen in Florida. ‘We hebben twee uitersten wat dat betreft. De één naast ons en de ander aan de andere kant van de wereld.’ Jan en Alie zorgen allebei nog voor hun eigen hoogbejaarde ouders. ‘We weten hoe fijn het is om in de buurt te wonen. Ze wonen niet om de hoek, maar wel in Fryslân en dat is zeker nu ze oud zijn, praktisch en fijn.’ Jan en Alie vervelen zich dus niet met werken, oppassen en de zorg voor de eigen ouders. Veel tijd voor het aanleggen van een moestuin is er nog niet. ‘Dat komt wel bij de pensionering’, aldus Alie. Ze verheugen zich op het voorjaar en de zomer. Alie: ‘We hebben een groot erf en ik zie de kinderen daar al weer volop spelen als het lekker weer is.’
Reactie toevoegen