Onderlinge zorg in Friesland
Coen van den Heuvel (72) is geen echte Fries; hij komt uit Rotterdam. Toch voelt hij zich enorm thuis in Friesland en zet hij zich in voor de belangen van de Friese ouderen. Zo is hij voorzitter van de Stichting Friese Ouderenbonden, maar ook lid van de landelijke Raad van Ouderen. Hij behartigt de belangen van de noordelijke provincies. Dat is hard nodig. ‘Veel ouderen in Friesland hebben alleen AOW of een klein pensioen. Het eventuele vermogen zit in de stenen. Deze noordelijke provincie kent relatief veel armoede en laaggeletterdheid. Ook zijn niet alle ouderen digitaal vaardig.’
Een andere bron van zorg is het voorzieningenniveau. ‘We hebben in heel Friesland maar drie streekziekenhuizen en een topklinisch ziekenhuis. Als er dan de helft moet sluiten, betekent dit dat sommige inwoners nog verder moeten reizen. Ik zeg weleens gekscherend: je kunt de ambulances beter zwart schilderen. Als de aanrijdtijd van een ambulance te lang wordt , komt de acute zorg in gevaar en heeft het geen zin meer.’ De infrastructuur is niet optimaal. ‘Friesland kent veel prachtige dorpjes, maar de bereikbaarheid is niet overal even goed. Er zijn veel kleine weggetjes. Dan ben je blij als je geen tegenligger hebt.’ Hij ziet door de vergrijzing en ontgroening meer eenzaamheid ontstaan. ‘Toch zie ik ook veel onderlinge zorg. Die zorg is voor mijn gevoel hier sterker ontwikkeld dan in de randstad.’ Families wonen bij elkaar in de buurt. Generaties blijven plakken. De sociale mobiliteit is laag, merkt Coen. ‘De Friezen zijn niet op gezag gericht en regelen dingen liever zelf, in klein verband.’
Coen van den Heuvel
Coen, oud-ambtenaar bij Binnenlandse Zaken, Justitie en voorzitter bij Europol, woont sinds 2005 in Friesland. Dat was een praktische keuze: hij zocht samen met zijn vrouw en twee andere echtparen een plek om bij elkaar te wonen. Hij wist dat de grondprijzen in Friesland relatief laag waren. Hij heeft twintig gemeenten in het land aangeschreven met de vraag om een locatie. De gemeenten Lelystad en Heerenveen reageerden enthousiast. Uiteindelijk werd het Heerenveen. ‘De gemeente was bereid om het bestemmingsplan aan te passen. En de gemeente kwam met een kavel aan de rand van de stad tegen een park aan. Dat was een buitenkansje.’
Eind 2003 is de bouw gestart en in 2005 is Coen verhuisd. ‘We hebben wel wat bezwaren uit de buurt gekregen, hoor. Mensen dachten dat er een soort commune van ouderen kwam. We hebben uitgelegd dat we gewoon zelfstandig wonen, maar meer dan goede buren voor elkaar willen zijn. We hebben snel de weerstanden kunnen weerleggen.’ De woningen zijn levensloopbestendig. Ieder heeft een eigen appartement, maar er is wel een gemeenschappelijke bibliotheek en serre. ‘We eten niet samen. Soms zien we elkaar weken niet. Maar als er wat is, dan staan we voor elkaar klaar. Die wetenschap is prettig.’ Als er zorg nodig is, dan hebben ze de ruimte om zorg in te kopen. ‘Als ik dement word, weet ik niet of ik in Friesland wil blijven. Ik spreek namelijk geen Fries en merk dat hier in de zorgcentra vooral Fries wordt gesproken.’ Hij zou dat erg jammer vinden, want hij is gesteld geraakt op Friesland. ‘Het tempo is hier lager. In winkels maken mensen rustig een praatje. Ik waardeer de vriendelijkheid, de rust en de prachtige natuur.’ Coen houdt van fotografie. Hij kan de mooiste plaatjes schieten. ‘Het is een fotogenieke provincie. Ik weet zeker dat het steeds populairder wordt. Er is ruimte genoeg en als er een snelle treinverbinding komt en het thuiswerken blijft bestaan dan komen er meer mensen.’ Dat hoeft van Coen niet per se. ‘Ik geniet hier van de ontspannen sfeer.’
Reactie toevoegen