Laat mij maar thuis!
In het magazine Zorgen voor Morgen, van Fundis, schreef Yvonne Witter een blog over het woonaanbod voor ouderen en de bereidheid om wel of niet te verhuizen. Er valt vooralsnog niet zoveel te kiezen. Het tekort aan geschikte, betaalbare woningen is enorm. Gelukkig komen er langzamerhand meer alternatieven.
Bron: Zorgen voor Morgen (Fundis)
‘Laat mij maar lekker thuis’, pende mijn schrijfmaatje, een dame van eind zeventig. Het is een veelgehoorde uitspraak van ouderen die vaak opzien tegen een verhuizing. Soms is het nodig, als zelfstandig wonen niet meer gaat. Als iemand vergevorderde dementie heeft bijvoorbeeld. Soms is een verhuizing goed, juist om zelfstandig te kunnen blijven wonen. ‘Dat had ik jaren eerder moeten doen’, hoor ik regelmatig. Dat zijn de mensen die opbloeien na het vinden van een andere woning, dichterbij bus, winkelcentrum en buurthuis. En soms is ‘blijven zitten waar je zit’ goed genoeg. Omdat je je kunt redden en het woongeluk nog groot genoeg is. Het verschilt kortom per oudere wat een geschikte woning is. Maar vooralsnog valt er nog weinig te kiezen.
Het tekort aan geschikte, betaalbare woningen is enorm. Gelukkig komen er langzamerhand meer alternatieven. Hofjes, zoals het Knarrenhof, allerlei woongemeenschappen, nieuwe woonzorgcomplexen, woonprojecten waar verschillende doelgroepen wonen, de Thuishuizen. En straks, ook het Ouden Huis, waar mensen met een laag of middeninkomen kunnen wonen met zorg vlakbij. Dit soort initiatieven is hard nodig. We leven langer, krijgen onvermijdelijk te maken met gebreken.
Het aantal beschikbare mantelzorgers neemt af en het personeelstekort in de zorg wordt groter. Daarom is het belangrijk dat er woonvormen komen waar mensen naar elkaar omkijken en waar gebruik wordt gemaakt van de kracht die mensen nog wel hebben. De ene keer geef je hulp, de andere keer ontvang je hulp. Het gaat vaak om kleine, alledaagse dingen en om ‘gezien’ worden. Even een praatje bij de entree, een kopje koffie in de gemeenschappelijke ruimte of binnentuin. Het is goed dat er variatie ontstaat in het aanbod. Dat vraagt wel om meer nieuwbouw, meer ruimte voor (burger)initiatieven, om het aanpassen van bestaande woningen.
Gemeenten, zorgorganisaties, corporaties, bouwbedrijven, projectontwikkelaars en architecten moeten samenwerken om - samen met de mensen waar het om gaat - de juiste woningen te ontwikkelen in verschillende prijsklassen. En vergeet daarbij de woonomgeving niet! Een groene en toegankelijke omgeving nodigt uit tot beweging en draagt bij aan ontspanning en ontmoeting. Mensen kunnen hun kwetsbaarheid makkelijker opvangen als er zorg dichtbij is en als zij een zinvolle dagbesteding hebben. De woning en woonomgeving kunnen daar een bijdrage aan leveren. Vanuit het landelijke kennisplatform ZorgSaamWonen willen we de werelden van het fysieke en sociale domein bij elkaar brengen. De stenen en de mensen moeten meer met elkaar verbonden worden. Dat gebeurt nog te weinig, terwijl dat nodig is om mensen zo lang mogelijk zelfstandig te laten wonen. Mijn schrijfmaatje is noodgedwongen verhuisd naar een verpleeghuis. Op het kaartje schrijft ze over de vele activiteiten die zij nu doet. ‘Er is handenarbeid, we hebben vogels in een kooi, een prachtig park. Goed eten en fijne verzorging. Laat mij maar lekker hier’.
Reactie toevoegen