Thuiszorg legt verbinding tussen informele zorg en professionele zorg
Henk Geene schreef eerder over de voorzorgcirkels. Hij zal de komende tijd weer regelmatig publiceren over vergrijzing en ouderenzorg. De artikelen zijn verwant aan zijn laatste boek: “Voorzorgcirkels als antwoord op vergrijzing”.
Vijf jaar geleden werd ik gevraagd door een plaatselijke ouderenbond KBO of ik een project wilde opzetten aangaande Wonen en Zorg voor ouderen. De uitgangspunten van het project zouden hetzelfde moeten zijn als ik had beschreven in mijn eerste boek over vergrijzing en ouderenzorg: het creëren van maatschappelijke dynamiek door dorps- en wijkraden, ouderenorganisaties en burgerinitiatieven meer te betrekken bij zorg. Door verbindingen te leggen tussen vrijwilligers in de zorg en de professionals. Commitment van genoemde organen zou niet genoeg zijn; ze zouden ook meer regie moeten nemen.
Hoewel we de afgelopen jaren geblokkeerd zijn door corona, hebben we toch een aantal stappen gezet inzake de samenwerking tussen informele en formele zorg in Oost Brabant.In een gebied van 90.000 inwoners hebben we een groot aantal bewustwordings bijenkomsten georganiseerd waarbij we 2000 ouderen hebben weten te bereiken.
Het is niet gemakkelijk om een generatie die geleefd heeft in een periode van “ieder voor zich” in te laten zien dat de huidige maatschappelijke omstandigheden met zich meebrengen dat gezamenlijkheid en samenredzaamheid in de plaats moeten komen van “ieder voor zich”.
Urgentie wordt onvoldoende gezien
De urgentie van deze maatschappelijke transitie wordt nog onvoldoende ingezien. Ik was daarom op zoek naar het antwoord op de vraag: waar in de zorg ontstaat een zodanige urgentiebeleving dat de nieuwe mindset van gezamenlijkheid en samenredzaamheid makkelijker gaat groeien.
Op zoek naar die urgentie, kwam ik bij de thuiszorg terecht en wel het moment van indicatiestelling voor thuiszorg. Als een indicatiestelling voor thuiszorg aan de orde is, dan is er sprake van forse problematiek, want een indicatie voor thuiszorg krijg je niet zomaar. Niet alleen de betrokkene zelf maar ook de directe omgeving van betrokkene zal zich zorgen maken, zoals de eigen kinderen, familie maar ook de buren. Dat bracht mij op het idee om de discussie over het ontwikkelen van hulp- en steunstructuren te koppelen aan het moment van indicatiestelling. De regionale thuiszorgorganisatie was bereid om het initiatief voor die discussie te nemen en in praktijk te brengen.
De thuiszorgorganisaties in Nederland voeren momenteel intern de discussie over minder noodzakelijke en meer noodzakelijke thuiszorg. Naarmate de druk op de thuiszorg toeneemt, zal de niet strikt noodzakelijke thuiszorg steeds meer worden afgebouwd. De vraag is wie er in het gat springt dat dan ontstaat.
De bedoeling is dat de regionale thuiszorgorganisatie verbindingen gaat leggen tussen enerzijds de voorzorgcirkels en anderzijds de thuiszorg. De af te stoten lichte thuiszorg-activiteiten kunnen opgevangen worden door de hulp- en steunstructuren, de zogenaamde voorzorgcirkels.
Hoe kan een en ander in zijn werk gaan?
Wanneer een nieuwe, potentiële cliënt zich meldt bij de thuiszorg voor een indicatie, zal de wijkverpleegkundige van de thuiszorg onderzoeken of er een reden is voor een indicatie. Als dit het geval is zal de wijkverpleegkundige in gesprek gaan met de cliënt over de noodzaak, dat hij/zij beschikt over een netwerk van mensen die hem/haar hulp en steun kunnen bieden op momenten dat dit nodig is. De wijkverpleegkundige legt uit dat dit nodig is omdat de thuiszorg overbelast is. Zij geeft aan dat de thuiszorg onvoldoende personeel heeft om alle lichte thuiszorgactiviteiten zelf te verrichten. Zij wijst de cliënt er op dat het daarom noodzakelijk is dat hij/ zij beschikt over een netwerk dat hulp en steun kan bieden.
De wijkverpleegkundige onderzoekt verder samen met de cliënt of hij/zij een netwerk heeft en zo ja hoe dit er uit ziet. Vervolgens stelt de wijkverpleegkundige vast of hulp en steun vanuit het netwerk rond de cliënt voldoende is. Een van de wijkverpleegkundigen heeft inmiddels een spel ontwikkeld om de nieuwe cliënt te leren om een hulp- en steunstructuur te bouwen samen met zijn omgeving.
Spel
Het spel is een rond bord met drie cirkels. Deze cirkels zijn weer onderverdeeld in verschillende vakken zoals, familie, buurt, vrijwilligers, kennissen en vrienden. De buitenste cirkel betreft mensen die verder weg wonen en dus niet dagelijks langs kunnen komen. De middelste cirkel is voor mensen die wat dichterbij wonen en de binnenste kring is voor mensen die dicht bij de cliënt staan en ook gemakkelijk op bezoek kunnen komen. Op deze manier kan snel inzichtelijk gemaakt worden hoe bij de situatie van de cliënt er uit ziet en hoe die samen met anderen een voorzorgcirkel kan creëren. In de hoofdafbeelding van dit artikel zie je hoe het spel eruit ziet.
Het grote voordeel van het kiezen van de indicatiestelling voor thuiszorg als ingang voor de ontwikkeling van voorzorgcirkels, is gelegen in het feit dat er sprake is van optimale motivatie bij de potentiële thuiszorg cliënt en zijn/haar omgeving. Zoals gezegd is er op dat moment sprake van een sterke urgentiebeleving
In een door mij verrichte voorlopige inventarisatie worden door meerdere thuiszorg-organisaties de volgende activiteiten genoemd die overgenomen kunnen worden door het netwerk van de cliënt:
-een luisterend oor zijn
-gezelschapsdameof heer zijn
-ondersteuning van allerlei huishoudelijke taken(de wasmachine en afwasmachine in en uit ruimen)
-steunkousen aan en uit trekken(half uur per cliënt per dag voor de thuiszorg!)
-oog druppelen
-tijdelijke medicatie geven of halen van medicatie bij de apotheek (als iemand dit door ziekte niet meer kan en er geen sprake is van complexe medicatie)
-laagdrempelige zorg als de relatie goed is. Bijvoorbeeld hulp met aankleden van broek, sokken en schoenen als dit moeizaam gaat.
Nadere informatie kan opgevraagd worden bij Henk Ermers van zorgorganisatie Pantein.
Reactie toevoegen