Warm Burgerschap
Een bewerking van de pitch van Joop Hofman (Rode Wouw BV) tijdens het festival Samen Buurten op 14 november.
ZorgsaamWonen heeft vijf speerpunten voor een inclusieve wijk geformuleerd. Kort, krachtig, goed. Maar laten we even verder kijken. De inleidende tekst bij het speerpunt ’Integreer de hulpvraag met de behoefte van de wijk/buurt’, zegt dat het vestigen van mensen met een hulpvraag in een wijk niet als ‘stapelen van problemen’ moet worden gezien. ‘Meer focus op wederkerige relaties en de onderlinge afhankelijkheid van alle wijkbewoners en de behoeften van de wijk en wijkbewoners mee nemen, kan juist een positieve impuls geven. Belangrijk is dat de verschillende organisaties hun expertise en kennis in een vroegtijdig stadium delen en zich flexibel kunnen opstellen.’
Mooi hè, kun je niet tegen zijn.
De wijk is alles
Dit is m’n eerste disclaimer: over die integratie van de zorgvraag daar gaan wij – zorgorganisaties - niet over. Daar gaat de wijk, de community, de gemeenschap over. Professionals gaan niet over de zorgorganisatie van de wijk. Of over de manier waarop, al dan niet georganiseerd, bewoners, aandacht en warmte delen of hulp geven. Voordat je het weet krijgt de wijk dan net zo’n bordje als zo’n Buurtpreventiebord. ‘Hier waak ik’ staat er dan onder. Dan wordt het een Buurtzorgpreventiebord. ‘Hier zorg ik’. Dat kan dan samen met de al bestaande Rookvrije buurt bordjes. ‘Hier adem ik’. En dan de duurzaamheidsbordjes: Gasvrije wijk. Of de bordjes Dementievriendelijke wijk. Met deze institutionele zorgintenties benaderen we wijken meer en meer op een manier zoals we het beleid en de overheid en gemeente in loketten hebben opgeknipt: letterlijk verknipt. Maar een wijk is alles.
Warm burgerschap in een sterke gemeenschap
Ergens in een wijk in Rotterdam staat een mooie tekst van de dichter Jules Deelder: ‘De omgeving van de mens is de medemens’. En dat is ook de kern. Het gaat niet om hulp- of zorgvragen anders organiseren, het gaat er om de bewoner-bewoner relatie in de gemeenschap sterker te maken. Die is niet gebaseerd op gezondheidstekorten of, -overschot. Als we zorg willen delen, moeten we de gemeenschap sterker maken. De basis van een sterke uitwisseling van warmte, zorg, aandacht, etc. is een vriendschap of verbondenheid, waarbij ieder zijn kwaliteiten, passie en inzet aanbiedt. Die misschien wel als een hulpaanbod kunnen worden gedefinieerd door de ander (als patiënt of client of hulpvrager), maar beter is dat het gezien wordt als een vorm van warm burgerschap omdat we samen een gemeenschap zijn.
Elkaar kennen zet aan tot helpen
De kern is relaties maken en passies delen. Vertrekpunt is nooit de hulpvraag of hulpbehoefte. Dan maak je namelijk een wat koud uitwisselingssysteem. Een soort hulpvraag en -aanbod. Dan wordt de gemeenschap een plaats van zorgtransacties. Illustratief is Corona, waarin er een overaanbod was aan zorg en hulp. Maar enorm tekort aan vraag. Behalve op die plekken waar er al connecties waren tussen mensen. Daar gingen mensen elkaar helpen, vragen hoe het ging, met de auto mee naar het vaccinatiepunt. Daar zorgde de volleybalclub voor soep voor haar leden. De leesclub belde elkaar dagelijks en in flats gingen buren balkonbingo’s organiseren. Want ze hebben een connectie met elkaar en dat zet aan tot doen, tot compassie. En krijg je ook niet van die die gekke woorden als ‘wederkerigheid’, terwijl je gelijkwaardigheid bedoelt.
Gemeenschappen sterker maken
Eigenlijk zeg je met het speerpunt ‘Integreer de hulpvraag met de behoefte van de wijk/buurt’ dat je de gemeenschap moet versterken. Gemeenschapsvorming, community building.
Onze professionele kunst wordt dat we niet de hulpvraag anders, bottom up of weet ik wat gaan organiseren, maar dat we gemeenschappen sterker gaan maken. Een buurt of gemeenschap is geen instrument ten bate van beleidsdoelen. Dat is misbruik maken van een buurt. Een gemeenschap is! En daarom kan een gemeenschap, als ze goed werkt aan haar bestaan, een plek zijn voor bestaan en ontwikkeling van alle mensen. Er is dan geen sprake van hulpvraag of hulpaanbod. Maar van het zijn van burger in een kleine buurtdemocratie, van burgerschap.
Geen preventie maar potentie
Als we dat goed regelen doet een gemeenschap waar ze goed in is: zorgen en helpen vanuit betrokkenheid, samen groot worden, de wijk op orde houden (leefbaar zoals je dat in je huis doet), werken aan duurzaamheid, cultuur, feesten en verhalen delen. Ook op een eigen georganiseerde manier. Daar kunnen professionals en overheid enorm bij helpen. De kwaliteitstoets is dan gemeenschapskwaliteit. En dan gaat het niet om preventie, want dan wordt de gemeenschap weer instrumenteel ingezet, maar om potentie. Het gaat om het sterker maken van een gemeenschap, om banden tussen mensen. Het gaat om werken aan lichte vriendschappen, om mijn eigen omgeving en de omgeving van mijn medemens. Want de omgeving van de mens is de medemens.
Lees meer over Joop Hofman
Bekijk de terugblik van het Festival Samen Buurten
Reactie toevoegen