Het Schouw
Osira woonzorgcentrum Het Schouw
Dollardplein 2
1025 XJ Amsterdam
Tel. : 020 - 756 4000
www.osiragroep.nl/het schouw
Met wat meer vlijt kan het, eenvoudig en snel zo veel beter
Het Schouw ligt in Amsterdam Noord aan de parkeerplaats van het Buikslotermeerplein, een klein winkelcentrum.
Het ‘nieuwe’ Schouw is nog maar een jaar geleden in gebruik genomen ter vervanging van Het ‘oude’ Schouw. Het ‘oude’ Schouw was een klassiek, verzorgingshuis, gelegen in een breed flatgebouw uit de jaren 70 met kamertjes van 18 m2. Het staat nu, als een relikwie van zijn tijd achter Het ‘nieuwe’ Schouw, leeg te wachten op de dingen die komen gaan.
Toen wij in 2008 het ‘oude’ Schouw opzochten in het kader van de samenstelling van onze gids 'Thuis Voelen' was de bouw nog in volle gang. Destijds de buitenkant en de interne plattegronden van het gebouw bekijkend, vroegen wij ons al af: ‘is dat niet te afstandelijk en te strak? En op welke wijze gaat een gebouw als dit voorzien in mogelijkheden van ontmoeting en reuring voor de ouderen die er moeten gaan wonen?
Onze eerste schouw was zo snel bepaald. Op naar Het Schouw! Dit keer niet op een zonnige dag met de fiets, maar met de auto in uitgesproken herfstweer. We parkeren de auto op de parkeerplaats voor Het Schouw en het aangelegen winkelcentrum en trotseren de krachtige storm en hevige regens om de vijftig meter naar de ingang van Het Schouw te overbruggen.
Nu ja DE ingang? Er zijn meerdere ingangen aan het openbare, onbeschutte ‘binnenhof’. Een ingang voor de receptie, die tevens toegang geeft tot de dagopvang voor mensen uit de buurt, de woningen en de kantoorruimten voor de medewerkers. En aan de overkant een ingang naar het café/restaurant en een ingang naar het Huis voor de Buurt. Bewoners die gebruik maken van het restaurant en/of het Huis van de Buurt moeten altijd de onbeschutte oversteek maken.
De receptie verwelkomt ons allerhartelijkst. Het staat ons vrij om de openbare gedeelten in het appartementengebouw te bekijken.
Het gebouw en zijn omgeving
Het gebouw oogt stedelijk en is ook mooi afgewerkt. Smaken verschillen en dat is ook bij ons onderling het geval: de een vindt de gebruikte baksteen wat naargeestig grijs ogend, de ander noemt hem grijsrood en prima op zijn plaats. Het gebouw telt zo’n negen etages. Op zich is hoogbouw voorstelbaar in een stedelijke omgeving, maar door loopbruggen over de binnenplaats of door balkons en erkers zou het contact zowel onderling als met de omgeving bevorderd kunnen worden. Het is nu een erg gesloten gebouw.
De drie kamer zorgappartementen worden door bewoners die wij spraken als (te) groot ervaren. Waarom toch alles standaard en niet wat meer variatie in zowel grootte als indeling van de woningen?
Om de voordeur van de appartementen te bereiken moet je een heel lange gang door. “Je mag wel over rolschaatsen beschikken om tijdig bij je voordeur te zijn als er iemand aan je deur belt” zo zei ons een passant. De woningen bereik je over open galerijen, waarbij bewoners weer en wind moeten doorstaan. De beschutte omgeving waarover op de website wordt geschreven zal, ook al hebben we dat niet kunnen controleren, vast gelden voor de binnenruimten. Nu ervaren wij de gesel van de weergoden en vermoeden dat deze de ouderen op de galerijen bij slecht weer de baas zullen zijn. Misschien zijn er goede financiële of veiligheidsredenen voor om het zo te bouwen, maar dat er ook nadelen aan zitten kunnen we niet verhullen. De woningen zelf hebben geen aansluitend balkon of buitenruimte. De betegelde binnentuin op de eerste verdieping met zitjes en bomen in kuipen wordt ook bij mooi weer door bewoners niet gebruikt, zo werd ons verteld. Men vindt het niet aantrekkelijk om er te zitten: “je kijkt er tegen dooie muren aan, er is niks te beleven”, zo wordt ons in onvervalst Amsterdams verteld. De tafels en rieten stoelen staan er ‘voor de vaak’, en nu in weer en wind weg te kwijnen.
De activiteiten
We horen dat een aantal bewoners uitgenodigd is voor de voorproeverij van het kerstmenu bij een cateringbedrijf en dat er een rondrit voor bewoners georganiseerd is door Amsterdam met een oude tram. Daar waren de deelnemers zeer over te spreken. In de entree van Het Schouw troffen we een standaard gevuld met allerhande informatie over clubs en activiteiten waaraan kan worden deelgenomen. In het aangrenzende Huis van de Buurt, een grote ruimte die via een flexibele wand verbonden is aan het café/restaurant, vindt een deel van deze activiteiten plaats. Ondanks dit aanbod voorkomt het huis niet dat bewoners zich eenzaam kunnen voelen, zoals een bewoner die wij spraken aangaf:
“Je krijgt de zorg die je nodig hebt, maar daar hoort niet bij dat hulpverleners ook even bij je aankomen om een praatje te maken. Je kunt je hier behoorlijk eenzaam voelen, vooral overdag”.
Eten en drinken
Er is veel gedaan om de inrichting een zweem van nostalgie te geven. Langs de wanden staan blikken en potten uit grootmoeders tijd. En toch, het blijft een café/restaurant van een instelling, waar je als buurtbewoner niet snel naar binnen zal gaan. De tafelschikking, het licht, de verborgen entree, het geëtaleerde assortiment, de maggi op tafel, het nodigt niet uit om te denken “Laat ik hier nu eens gezellig een kop koffie gaan pakken.” Als wij er ons overigens lekkere kopje koffie drinken zijn er twee oudere gasten ieder aan een apart tafeltje, ver weg van elkaar.
Het warme eten wordt ’s avonds tussen vijf en zeven uitgeserveerd. Het eten wordt aangevoerd vanuit een productiekeuken en in de keuken van het restaurant opgewarmd. Deze informatie staat niet op de website. Wel wordt bij de zorgappartementen aangegeven dat de maaltijden in het restaurant worden geserveerd en staat er bij het café restaurant: “We hebben het over smakelijk gevarieerde maaltijden die in een gezellige sfeer worden geserveerd”.
Wij begrijpen dat de op te warmen maaltijden als een verslechtering worden ervaren ten opzichte van de situatie in Het ‘oude’ Schouw waar wel op locatie gekookt werd. Het eten was daar smaakvoller.
In de het nieuwe Schouw aanwezige kleinschalige groepswoningen voor dementerende ouderen wordt overigens wel in de woning vers gekookt.
Beoordeling
Op de website van Osira staat het volgende over het gebouw van het ‘nieuwe’ Schouw: “Het geheel mag gerust een ‘dorp’ worden genoemd: saamhorigheid is als vanzelfsprekend aanwezig”. En we lezen ook dat er veel aandacht aan de openbare ruimte is besteed. Volgens ons is er nog een weg te gaan om die woorden te bewaarheiden. Het ‘nieuwe’ Schouw heeft zeker potenties. De kinderfouten in de bouw van het complex, kunnen verholpen worden. De aandacht voor de bewoners kan verbeterd als de behoeften van de bewoners het uitgangspunt vormen. Het nieuwe Schouw kan aantrekkelijker gemaakt worden voor de buurt. Het café/restaurant moet gaan leven. Hoe dat moet, daarvoor zou Osira te rade kunnen gaan bij een collega-instelling in Siddeburen. “Voor het runnen van een goed restaurant heb je deskundigheid van een horecamanager van buiten nodig”, zegt bestuurder Henk Duijst in ons boek ‘Thuis Zijn’. Staan voor waardige zorg. Bestuurders aan het woord en verpleeghuizen in beeld.
En wij blijven herhalen: vers koken op locatie is echt een must en in het belang van eigenlijk iedereen.
© november 2010
Reactie toevoegen